Gemakshalve onderscheiden we bij het geweerschieten twee wapengroepen: Kleinkaliber-geweer (KKG) en Grootkaliber-geweer (GKG). Beide onderdelen worden beoefend vanuit drie houdingen, namelijk staand, knielend, liggend of in een combinatie van deze 3-houdingen.
Bij KKG wordt geschoten op een schietschijf over de afstanden 12, 50 en 100 meter en bij GKG over de afstanden 100, 300, 400 en zelfs 500 meter.
Bij SVON2 is het mogelijk om KKG en GKG te beoefenen.
KKG schieten
Klein kaliber geweer wordt op 12,5 meter geschoten. De houding is geknield of liggend. Er wordt met kaliber .22 geschoten. Wie met een geweer (KKG) of karabijn (KKK) wil schieten, kan dit doen op de dinsdag of vrijdagavond tijdens de reguliere verenigingsavonden.
GKG schieten
Bij SVON2 is het mogelijk de discipline Groot Kaliber Geweer te beoefenen. De houding is geknield of liggend. SVON2 beschikt echter niet over een eigen 100 meter baan. Het GKG schieten in Nederland wordt door het gebrek aan 100 meter banen ook steeds moeizamer. Om de traditie toch voort te zetten heeft de vereniging een overeenkomst met een zustervereniging welke beschikt over 100 meter banen.
Op onze locatie in ’s Gravenpolder beschikken wij over 50 meter banen, waar ook met GKG geschoten wordt. Onder groot kaliber geweer wordt verstaan ieder geweer dat schiet met een metalen patroon met een centraal slaghoedje. Het verschil met klein kaliber geweer is dus niet het kaliber want er zijn groot en klein kaliber geweren in kaliber 0.22 (5,5 mm), maar de ontstekingsvorm en, wat belangrijker is, de kracht van de afgevuurde patroon.